Wanneer besloten wordt om de Zuiderzee af te sluiten, is dat slecht nieuws voor veel mensen. Vissers, scheepsbouwers, visverkopers en anderen die hun brood verdienen rond de Zuiderzee dreigen hun werk kwijt te raken. De overheid weet dat er iets moest gebeuren en komt met een plan: de Zuiderzeesteunwet. Deze wet wordt op 19 juni 1925 aangenomen.
Met deze wet kunnen mensen die door de afsluiting getroffen worden, hulp krijgen. Het is bedoeld voor iedereen die vóór de afsluiting afhankelijk was van de Zuiderzee voor het grootste deel van hun inkomen. Dit moeten ze wel kunnen bewijzen. Deze groep noemen wij de ‘belanghebbenden’. In 1930 wordt besloten dat ook de weduwen van belanghebbenden recht hebben op steun.
De overheid wilde deze groep mensen zo snel mogelijk helpen een nieuw bestaan op te bouwen. De Zuiderzeesteunwet biedt hulp via opleidingen en helpt bij het zoeken naar een nieuwe baan. Ook kunnen ze krediet ontvangen voor het omvormen of starten van een nieuw bedrijf, en visvergunningen voor het IJsselmeer. Als laatste optie is er ook een geldelijke tegemoetkoming mogelijk.
Voor veel belanghebbenden is de Zuiderzeesteunwet een ingewikkeld verhaal. Er zijn zoveel regels! Daarom brengt de Rijksdienst een boekje uit. In dit boekje wordt de Zuiderzeesteunwet op een eenvoudige en duidelijke manier uitgelegd. Het vertelt wie recht heeft op steun en welke hulpvormen er mogelijk zijn. Ook lees je wie de regelingen uitvoert en welke stappen je moet volgen voor een tegemoetkoming. Het boekje eindigt met informatie over wie je kunt benaderen als je denkt dat je onterecht behandeld bent.
