Deze krantenartikelen laten zien dat discussies over straatnamen niet nieuw zijn. Tijdens de Duitse bezetting werd echter niet teruggekeken naar de daden van overleden personen (Jan Pietersz Coen!), maar verboden de Duitsers het gebruik van namen van levende leden van het koningshuis.
Namen van leden van het Koninklijk Huis mochten na ‘Anjerdag’ al niet meer in de krant of op de radio worden genoemd. Daarnaast moesten scholen, straten en parken een andere naam krijgen. In veel steden werden ook joods klinkende en aan het communisme gerelateerde straatnamen vervangen. Dat was een flinke operatie die enkele jaren in beslag nam.
Ook een aantal straat- en parknamen in Westfriesland werd veranderd. Zo werd het Wilhelminapark het Sportpark, het Julianapark het IJsselmeerpark en de Beatrixlaan de Parklaan.
De schrijver van de krantenartikelen was het niet helemaal met de naamswijzigingen eens. Volgens hem waren er betere opties aangezien de nieuwe namen voor verwarring konden zorgen. Echter, er gebeurde 'tegenwoordig wel ergere dingen'.
Op 18 mei 1945 werd besloten om alle naamswijzingen weer ongedaan te maken.