Op 3 oktober 1763 werd Cornelis van der Wolff in de Grote Kerk van Medemblik begraven. Via deze uitnodiging werden mensen opgeroepen om naar zijn begrafenis te komen. De uitvaart begon bij het huis van de overledene aan de Westerhaven. Van daaruit ging de rouwstoet naar de kerk.
De uitnodiging laat zien dat Van der Wolff een belangrijk man in zijn woonplaats was. Hij was onder andere burgemeester en bewindhebber van de West-Indische Compagnie.
Na de oprichting van de tweede West-Indische Compagnie in 1674 werden bestuurders in principe voor het leven benoemd. Dat gold ook voor Cornelis van der Wolff. Hij vertegenwoordigde tot zijn dood de stad Medemblik in de WIC-kamer van het Noorderkwartier.
Bijna twee maanden na de begrafenis wezen de burgemeesters van Medemblik zijn opvolger aan: Carel Heijnsius van Willigen.