De Spaanse griep brak in 1917 uit in de Verenigde Staten. Deze grieppandemie eiste naar schatting 20 tot 100 miljoen levens.
De naam van de griep is ontstaan omdat de Spaanse kranten als eerste berichtten over de ziekte.
Door de grote troepenverplaatsingen in de Eerste Wereldoorlog verspreidde de pandemie zich razendsnel over de wereld.
In Nederland dook de ziekte voor het eerst op in juli 1918. De Nederlandse rijksoverheid bemoeide zich weinig met de bestrijding en liet dit over aan de gemeenten. In eerste instantie zagen veel mensen de ernst van de situatie niet in. De gemeenten stelde geen verbod in op kermissen, markten en kerkvieringen. Ook werden de scholen niet gesloten.
Maar in het najaar van 1918 sloeg de Spaanse griep in Westfriesland zeer hevig toe. Hierop stuurde de Gezondheidscommissie in Hoorn een document naar de gemeenten met daarin dringende adviezen om de verdere verspreiding van deze ziekte te voorkomen.
De griepepidemie temperde in de zomer van 1919 maar verdween pas definitief een jaar later.