Westfriesland
Bron

Na de bouw van de watermolens kon de afvoer van het water van de Baarsdorpermeer beginnen. Een schepradmolen haalde een uitvoertempo van wel 40 tot 60 kubieke meter per minuut. Ongeveer 5 miljoen kubieke meter water moest worden afgevoerd.

Dat kon bij goede maalomstandigheden in hooguit drie maanden. De bedijkers hadden geluk met het weer. In april 1624 werd het droog en op het voorjaar volgde een prachtige zomer. Natuurlijke verdamping droeg dan ook flink bij aan het droogvallen van het meer.

Maar daarmee was de kersverse polder nog niet klaar. Ook nu werkte het weer in het voordeel van de bedijkers. De bodem droogde snel uit. Dat vergemakkelijkte het egaliseer werk, het graven van een netwerk van sloten en de aanleg van een middenweg. Toen dit in 1624 klaar was, werd de grond verdeeld.

Dit is de eindopgave van de Baarsdorpermeer voor de verponding (of belasting op huizen en grond) in 1630. De belastbare oppervlakte was 191 morgen en er stonden inmiddels drie huizen in de polder.

Herkomst

Datering

1630

Collectie

0348 Oud archief stad Hoorn

Organisatie

Westfries Archief

Nummer

2640a


Gerelateerde thema's

Polders en droogmakerijen

Beschikbare tools

Overzicht van bron(nen) op de kaart

Alle bronnen